DE HOOGMOED VAN HET MENSELIJK BEDRIJF
Over Onze wereld nieuw denken van Maja Göpel (2021, uitgeverij Pluim)
Als ik bij de ontbijttafel mijn ochtendkrant spel en alle wereldproblemen op mijn bordje geserveerd krijg, overvalt me soms een gevoel van moedeloosheid en radeloosheid. De gevolgen van de klimaatveranderingen stapelen zich op als een afvalberg van duizelingwekkende hoogte en het vermogen om de problemen aan te willen pakken smelt als sneeuw voor de zon. Om toch aan mijn noodzakelijke hoeveelheid optimisme te komen, grijp ik naar andere informatiebronnen. Zo las ik de afgelopen week in een ruk het meeste recente werk van de Duitse politiek econoom professor Maja Göpel (1976): Onze wereld nieuw denken (2021). Iets voor mijn pessimistische momenten?
De schrijver neemt je mee door de wereld van politieke en economische opvattingen die al een paar eeuwen lang ten grondslag liggen aan ons huidige economisch-maatschappelijk bestel. Ze wil je je bewust laten worden van je eigen verantwoordelijkheid voor wat je doet en je laten afvragen waarom je het doet ( “reflexief monitoren”). Göpels publicatie is ‘een poging om in grote lijnen de omwentelingen van vandaag zo toegankelijk mogelijk samen te vaten (…)’ . Ze schets de lijnen uit het verleden die samenkomen bij onze huidige mondiale crisis van climate change, uitputting, armoede en sociale ongelijkheid. ‘Geen producten van het toeval’, concludeert ze.
In onze relatie met de natuur toont zich volgens de veelgelezen auteur – dit boek is in Duitsland een beststeller- ‘de hoogmoed van het menselijk bedrijf’. Adam Smith, David Ricardo en Charles Darwin behandelt ze als de grondleggers van ons economisch handelen en dus ook van ons menselijk gedrag. Göpel betwist hun mensbeeld en pleit voor ‘een nieuw waardestelsel (…) dat de coöperatieve vaardigheden van de mensen ondersteunt’. De discussie over de waarde van economische groei loopt als een rode draad door dit goed gedocumenteerde boek net als de vraag welke waarden we centraal zouden moeten stellen. Voor mij was het verrassend dat deze econoom dit soort vragen van vooral ook een heel praktische kant benadert zoals de ontwikkeling van auto’s en de race om betere prestaties in plaats van reductie van energie.
Vrije markt, liberale politiek en de rol van de overheid: wie doet wat en met welke gevolgen? Een wereldwijd probleem van schaarse goederen vraagt om wereldwijde oplossingen waarbij ‘rechtvaardigheid’ een sleutelbegrip is in een context van ecologische en sociale kwesties als eenheid. In die zin is het consistent dat Maja Göpel aan het einde van haar 186 pagina tellende werk oproept voor steun aan innoverende multinationals, aan serieuze media, aan burgerparticipatie en aan ‘ministers van Onderwijs die de kennis in hun onderwijsplannen opnemen die we in de eenentwingste eeuw hard nodig zullen hebben.’
Natuurlijk is het lekker om met zo’n boek bevestigd te worden in je eigen denken over een betere wereld, nog fijner is om je batterij ermee op te laden en energie te krijgen om elke dag met jongeren en volwassenen na te denken over en te werken aan de redding van die ene planeet waar we op mogen verkeren. Ik zou zeggen, geef ‘Onze wereld nieuw denken’ maar een plekje in je rugzak of reiskoffer om je batterij af en toe even op te laden. Ik kan de lawine aan nieuwsberichten van elke dag weer een tijdje aan.
Henk Tameling, Nederlandse Academie voor Duurzaam Onderwijs (NADO), 28-06-21